Interview met KOEN DEWILDE: Btw in tijden van corona: crisismaatregelen en nieuwe spelregels
30 juli 2020
De huidige coronacrisis doet vele sectoren en bedrijven op hun grondvesten daveren. Zullen ze deze ingrijpende stresstest doorstaan? De federale regering lanceerde diverse btw-steunmaatregelen, maar was dit wel de beste oplossing? Naast crisismaatregelen zijn er op btw-vlak ook nieuwe spelregels ingevoerd en op komst. Btw-expert Koen Dewilde, Partner bij Vatsquare, geeft tekst en uitleg.
Btw-coronamaatregelen: vergiftigd geschenk voor ondernemers?
Koen Dewilde: “De federale overheid nam de voorbije maanden heel wat steunmaatregelen om het coronaleed voor bedrijven en particulieren te verzachten. Sommige van deze maatregelen vind ik prima, over andere ben ik kritischer. Goede maatregelen zijn de recente (tijdelijke) verlaging van het btw-tarief in de horecasector, het tijdelijk verlaagde btw-tarief voor mondmaskers en hydroalcoholische handgels en de btw-vrijstelling voor bedrijven die medische hulpgoederen schenken aan ziekenhuizen en zorginstellingen. Kritischer ben ik over alle maatregelen die betalings- en aangiftetermijnen voor bedrijven verlengen. Ik mis de logica achter het uitstel voor het indienen van btw-aangiften en intracommunautaire opgaven. Deze regels werden immers uitgevaardigd op een moment dat ze niet echt nodig waren, terwijl de afrekening volgt wanneer heel wat bedrijven in liquiditeitsproblemen verzeild geraken.
Met andere woorden: de beleidsmakers vergaten dat, als in een crisisperiode een tijdelijk betalingsuitstel van belastingen – waaronder ook bedrijfsvoorheffing – en btw geldt, de effecten van deze maatregelen zich opstapelen. Dit brengt ondernemers in de problemen, want in juni moeten ze de btw van het eerste kwartaal betalen, aangevuld met de btw van het tweede kwartaal in juli. Gevolg? Heel wat belastingplichtigen happen naar adem, zonder overgangsperiode en met een abrupte terugkeer naar de situatie die vóór de uitbraak van de pandemie gold.
Ik zie dit soort gunstmaatregelen eerder als een statement om zichzelf als politieke klasse populair te maken bij ondernemers. Een betalingskorting of een verlaging van btw-tarieven waren verstandigere keuzes geweest, zoals effectief gebeurde voor de horecasector. Die sector is best tevreden met de recente btw-verlaging van 12 naar 6% voor voeding en van 21 naar 6% voor niet-alcoholische dranken. Het was trouwens op hun vraag dat die verlaging er gekomen is. Omdat de klantentarieven niet aangepast worden, vormt deze btw-verlaging een netto subsidie en extra inkomstenbron voor horeca-uitbaters. Tegenover deze gunstmaatregel staan wel extra boekhoudkundige verplichtingen en compliancekosten voor onder andere het herprogrammeren van het geregistreerd kassasysteem.
Kluwen van coronamaatregelen op internationaal vlak
KD: “Bedrijven die btw-aangiftes in het buitenland doen, moeten zeer goed op de hoogte blijven van btw-steunmaatregelen die in verschillende landen genomen worden. Sommige landen breiden hun regeling momenteel nog verder uit, andere landen stoppen hun maatregelen. Dit zorgt ervoor dat vele ondernemers door de bomen het bos niet meer zien. In de EU is coördinatie en onderlinge afstemming trouwens ver te zoeken: elk land voert een eigen beleid wat coronamaatregelen betreft, waarbij regeringen er als het ware een interne competitie van maken om tegen elkaar op te bieden en interne politieke munt willen slaan uit het btw-beleid dat ze voeren. De Europese machtshebbers hebben steeds hun mond vol over een gezamenlijke EU-aanpak en btw-harmonisering, maar die beloftes zijn momenteel louter wishful thinking.”
Ingrijpende impact in vele sectoren
KD: “Als btw-consultant kom ik in contact met heel wat ondernemers en fiscale professionals in diverse sectoren. Daarbij valt op dat de coronacrisis geen enkele sector spaart, ook al zijn er af en toe nichespelers die wel goed boeren in de huidige setting. Ik licht er enkele sectoren uit. De negatieve corona-impact op de horecasector is enorm, waarbij economen het erover eens zijn dat de gevolgen een pak groter zijn dan tijdens de bankencrisis van 2008. Omdat deze sector van oudsher zeer gevoelig is voor insolventierisico, steken de overheden in ons land een tandje bij om horeca-uitbaters bij te staan, van consumptiecheques tot de al genoemde btw-verlaging. In Vlaanderen zijn er circa 35.000 horecaondernemers actief. De voedingsfederatie Comeos becijferde dat de totale Belgische horecasector een verlies van maar liefst 4 miljard euro kende.
In mijn dagelijkse praktijk zie ik ook enorme gevolgen voor de evenementensector, muziekindustrie, media- en entertainmentbranche en gamingindustrie. Vooral kleine en middelgrote ondernemingen hebben het hard te verduren. Klanten die in verschillende landen actief zijn, worden verplicht om hun buitenlandse btw-nummers af te sluiten. Zij beschouwen 2020 als een verloren jaar, met daarnaast de onzekerheid hoe en wanneer ze opnieuw op kruissnelheid zullen kunnen draaien. Vele ondernemers in deze sectoren verwachten een echte doorstart pas vanaf 2023.
Ook ondernemers in de voedingsindustrie – bijvoorbeeld toeleveranciers aan restaurants – zijn pessimistisch over de nabije toekomst. De coronacrisis zorgde voor een meedogenloos domino-effect. De recente versoepeling van de lockdownmaatregelen, waarbij de horecasector voorzichtig mag heropstarten, zorgt voor perspectief. Een ander lichtpunt is het feit dat horecazaken in de zomerperiode hun terrassen buiten kunnen uitbreiden. Maar wat als er in het najaar een tweede besmettingsgolf komt en deze flexibiliteit niet meer mogelijk is?
In de vastgoedsector zien we een diffuus beeld: in de branche van commercieel vastgoed leiden de toename van e-commerce en de definitieve doorbraak van telewerk tot ernstige verliezen. Anderzijds zal het segment van de logistieke infrastructuur profiteren van de e-commerce-uitbreiding, omdat steeds meer goederen in magazijnen gestockeerd moeten worden. Persoonlijk denk ik trouwens dat – ondanks het boomen van thuiswerk – ook de verhuur van kantoorgebouwen schokbestendig kan zijn, omdat werknemers nood zullen blijven hebben aan persoonlijke contacten met collega’s, klanten en leveranciers, en dus aan een werkplek op kantoor.
E-commerce lijkt een van de grote winnaars van de coronacrisis te worden. Vele ondernemers hebben de voorbije maanden hard gewerkt aan een nieuwe webshop of aan de verdere uitbouw van bestaande online verkoopkanalen. Zo zie ik bij mijn klanten in de kledingsector dat een webshop niet langer een ‘marginaal’ fenomeen is, maar steeds meer evolueert tot een volwaardig en professioneel uitgebouwde tool. Daarmee bewijzen ondernemers hoe creatief en flexibel ze zijn in tijden van crisis.”
Globaliserende economie wijkt voor lokale productie
KD: “Zal de huidige crisisperiode een rem zetten op de globaliserende economie en als hefboom dienen voor lokale productie en verkoop? Ik vind het nog te vroeg om het effect hiervan in te schatten. Toch merk ik als consultant dat steeds meer bedrijven hun supply chains grondig herzien. De coronacrisis toont aan hoe afhankelijk we geworden zijn van lageloonlanden, zelfs als het gaat om belangrijke medicijnen of medische apparatuur. Die afhankelijkheid leidt tot kwetsbaarheid, want een toeleveringsland in lockdown leidt tot leveringsproblemen, met alle negatieve gevolgen vandien voor binnenlandse productiebedrijven. Het gevolg hiervan is dat bedrijven hun sourcing dichterbij leggen en dus toeleveranciers dichterbij huis zoeken. Corona heeft dit onherroepelijk versterkt. Want ook al is de economie in Europa nog voldoende sterk, als een toeleverancier in de problemen zit, dan kan dit negatieve gevolgen hebben op onze economie.
Door automatisatie, AI en robotisatie zie je in de opkomende economieën een tendens naar lokale productie die steeds kostenefficiënter en dus goedkoper wordt. Bovendien zie je op internationale markten steeds meer protectionistische reflexen opduiken, waardoor je als bedrijfsleider riskeert om bijvoorbeeld 30% invoerrechten te moeten betalen. Die afhankelijkheid van geopolitieke spelletjes (bijvoorbeeld tussen de VS en China) creëert onzekerheid en is dus nefast voor het ondernemersvertrouwen. Als voorbeeld verwijs ik hier naar de automotive sector, waar producenten verplicht worden om auto’s te vervaardigen waar hun afzetmarkten zich bevinden, om op die manier in- en uitvoerrechten te ontlopen.
Ook de tuinbouwsector is een mooi voorbeeld waar technologie en crisisopportuniteiten hand in hand gaan. Waar ons land vroeger tomaten uit Italië invoerde – via het model van coöperatieve prijsvoordelen -, zien we anno 2020 dat onze eigen ondernemers innovatief aan de slag gaan met zonnepanelen en serres om letterlijk een ideaal productieklimaat te creëren.”
Vereenvoudigde btw-spelregels voor e-commerce op komst
KD: “De internationale goederenhandel via e-commerce kende de voorbije jaren een sterke groei. De voorbije maanden is deze handel verder toegenomen. Tot vandaag geldt een btw-systeem met drempels in landen waar men goederen levert. Dit is de afstandverkopenregeling. Levert u als Belgische ondernemer bijvoorbeeld goederen aan een Franse particulier, dan mag u Belgische btw blijven aanrekenen tot een bepaalde omzetdrempel overschreden is. Dit bedrag kan variëren, van 35.000 euro tot 100.000 euro. Als u deze drempel overschrijdt, dan moet u lokaal een btw-nummer aanvragen en lokale btw aanrekenen. Een succesvolle internationale e-commerce-business zorgt dus voor heel wat administratieve beslommeringen en extra kosten. Zo moet u 27 verschillende btw-nummers aanvragen, lokale adviseurs of correspondenten inschakelen en – als uw bedrijf niet in de EU gevestigd is – ook een fiscale vertegenwoordiger aanstellen. In de praktijk zorgt dit al langer voor complexe procedures die vaak mank lopen en niet te controleren zijn.
De Europese beleidsmakers hadden de intentie om de btw-regels voor internationale online handel fundamenteel te hervormen, met als eerste deadline 1 januari 2021. Maar nog vóór het coronavirus toesloeg, was al duidelijk dat bepaalde EU-lidstaten tegen die datum niet klaar zouden zijn met de ontwikkeling van de nodige software en het bouwen van e-commerceplatformen. De EU heeft daarom handig gebruik gemaakt van de coronapandemie om deze hervorming uit te stellen tot 1 juli 2021.
Deze belangrijke hervorming – een One Stop Shop voor goederen – zal alleszins een hele verademing zijn voor alle partijen die bij internationale e-commerce betrokken zijn. Voor bedrijven wordt de btw-aangifte een pak eenvoudiger. Er moet immers maar één OSS-aangifte meer worden ingediend in het land van vestiging, en in principe zijn geen buitenlandse btw-registraties meer nodig, wat een gunstige invloed heeft op de compliance kost. Ook de omzetdrempels – die trouwens zeer moeilijk controleerbaar waren voor overheden – worden geschrapt, en enkel een zeer kleine drempel voor micro-ondernemingen blijft bestaan. Bijgevolg is vanaf deze hervorming in principe altijd de btw van toepassing van het land waar de particuliere klant gevestigd is. Concreet zal een Fransman dus vanaf de eerste aankoop steeds Franse btw betalen.”
Evolutie in btw-boetebeleid en -controles
KD: “De btw-wetgeving in ons land is niet mals voor belastingplichtigen die de btw-spelregels overtreden. Geldboetes zijn vaak hoog, met een onderscheid tussen proportionele en niet-proportionele boetes en een verdere opsplitsing tussen wettelijke en verminderde administratieve boetes. De vorige federale regeringen wilden werk maken van een milder en rechtvaardiger boetebeleid, met onder andere ‘goede trouw’ als een van de centrale begrippen. Eind 2018 kondigde de btw-administratie een hervormd boetebeleid aan, waarbij nieuwe regels voor kwijtschelding of vermindering van kracht werden onder strikte (cumulatieve) voorwaarden: een referentieperiode van vier jaar waarbinnen de belastingplichtige geen overtreding begaat, te goeder trouw handelen, het indienen van een verzoekschrift en het voldoen aan btw-aangifteverplichtingen.
Op het vlak van btw-controles hinkt de Belgische administratie al jaren achterop. We zien internationaal steeds meer een tendens van een vervanging van traditionele controles – waarbij de btw-controleur aan- en verkoopjournalen en facturen opvraagt – door controles via datamining-software. Controleurs vragen een datadump van de boekhouding, om er daarna logische checks en IT-driven controles op los te laten. Daarnaast is er ook een tendens om belastingplichtigen meer boekhoudgegevens via elektronische weg te laten indienen. Als deze gegevens ook nog eens tussen belastingdiensten worden uitgewisseld, kan de fiscus in principe het hele traject van een factuur quasi in real time volgen en wordt het plegen van fraude zeer moeilijk.
Deze nieuwe werkwijze is uiterst efficiënt. Meer nog: deze controles leveren vaak resultaten op die voor de gecontroleerde belastingplichtigen een verrassing zijn! Zo hebben administraties in principe ook toegang tot gegevens van andere administraties (onder meer de douaneadministratie) en van buitenlandse overheden, waardoor deze controles door de overheid heel efficiënt kunnen gebeuren. Als consultant is het een hele uitdaging om zelf controletools te ontwikkelen die gelijke tred houden met controles door de fiscus, waarbij bedrijven dus kunnen anticiperen op hun controlevragen.
In vele landen wordt de rapporteringsverplichting verzwaard. Op 1 juli 2017 trad in Spanje het SII-systeem in werking. Dit is een declaratiesysteem dat betrokken ondernemingen strikt moeten uitvoeren, om op die manier zware sancties van de Spaanse administratie te vermijden. Dit systeem houdt in dat de Spaanse fiscus automatisch een upload van in- en uitgaande facturen en documenten van bepaalde Europese transacties uitvoert wanneer een bepaalde omzetdrempel overschreden wordt. Belastingplichtigen kunnen dus al een deel van de boekhouding meegeven, wat dus verder gaat dan louter een btw-aangifte met omzet en kosten.
In het Verenigd Koninkrijk trad op 1 april 2019 het elektronisch project ‘Making Tax Digital’ in werking. De gevolgen van deze modernisering zijn spectaculair: uit onderzoek blijkt dat 32% van de belastingplichtigen een accuratere btw-teruggaaf ziet en dat 19% van hen een beter zicht heeft op btw-verplichtingen. Anderzijds leidt de invoering van MTD – gecombineerd met de opkomst van cloud accounting apps en andere IT-oplossingen – ook tot een krimp in het aantal accountantskantoren in het VK.
En in Polen is een pilootproject gestart om de btw-aangifte te vervangen door het digitaal uploaden van de boekhouding.
Jammer genoeg zien we in België voorlopig onvoldoende reactiesnelheid en daadkracht om de digitale dienstverlening verder te ontwikkelen. Begin 2020 was er weliswaar de aankondiging van de elektronische indiening van de formulieren 604A/B/C (respectievelijk de aanvang, wijziging en beëindiging van de activiteit), maar zelfs hier zien we al technische problemen opduiken waardoor de lancering op de lange baan wordt geschoven. Er is nog dus nog veel werk aan de winkel in ons land…”
Auteur: Geert Van Cauwenberge
Ook interessant voor u
Confocus biedt weldra meerdere BTW-webinars aan. Koen Dewilde presenteert alvast het on demand webinar ‘De advocaat als ondernemer: advocaten en btw: over moeilijkheden en mogelijkheden’. Maar ook andere BTW-webinars zitten in de pijplijn zoals “btw en internationale goederentransacties”, “btw en onroerend goed”, “btw-boekhouding en btw-controle”, …
Dhr. Koen Dewilde
btw-adviseur & partner Vatsquare